Borgen, bijstellen en/of opstellen van (verbeter)beleid
Suggesties voor het invullen van SKA 3.9
De schoolleiding analyseert en beoordeelt de uitkomsten van de evaluatie en verwerkt deze wanneer nodig in het (verbeter)beleid, zodat dit bijdraagt aan ontwikkeling en verbetering van het onderwijs. Daarnaast gebruikt de school de uitkomsten van de evaluatie om de sturing te verbeteren. Zij maakt daarbij duidelijk welk effect de inbreng van belanghebbenden heeft op het borgen en bijstellen van het schoolbeleid.
Ambitie
De school heeft de ambitie om voortdurend de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren en te zorgen voor een optimale ontwikkeling van de leerlingen. Dit houdt in dat de schoolleiding streeft naar een hoge mate van tevredenheid onder leerlingen, ouders en medewerkers, en naar uitstekende leerresultaten die passen bij de capaciteiten van de leerlingen.
Beoogd resultaat
Het beoogde resultaat is een aantoonbare verbetering van de onderwijskwaliteit. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat 80% van de leerlingen op de eindtoets een score behaalt die overeenkomt met hun capaciteiten en dat de tevredenheidsscores van leerlingen, ouders en medewerkers gemiddeld een 6 of hoger zijn.
Gekoppelde acties
Om het beoogde resultaat te behalen, onderneemt de school de volgende acties:
a. Analyseren en evalueren van de uitkomsten van toetsen, observaties, enquêtes en gesprekken met belanghebbenden.
b. Identificeren van verbeterpunten en prioriteren van de acties die nodig zijn om deze te realiseren.
c. Implementeren van verbeterplannen en het monitoren van de voortgang.
d. Regelmatig terugkoppelen van de voortgang aan belanghebbenden en hen betrekken bij het bijstellen van het schoolbeleid.
Meten van het resultaat
De school meet de voortgang en het bereiken van de beoogde ambitie/het doel door middel van:
a. Regelmatige analyses van toetsresultaten en vergelijking met landelijke normen en verwachte prestaties op basis van de leerlingpopulatie.
b. Periodieke tevredenheidsonderzoeken onder leerlingen, ouders en medewerkers.
c. Evaluatie van de uitvoering en impact van het verbeterbeleid, bijvoorbeeld door middel van interne audits en gesprekken met belanghebbenden.
d. Externe beoordeling en accreditatie door onderwijsinspectie of andere relevante instanties.